Al een tijdje sta ik met mijn schilderijtjes en fotokaarten op verschillende markten deze zomer. In juli en wel op ‘quatorze juillet’, een grote feestdag hier in Frankrijk, hadden we onze eerste ‘thuiswedstrijd’. We reserveerden een plek voor onze stand en vertrokken in alle vroegte met ons Twingootje vol richting Poullaouen bourg. In de weken voorafgaand was ik een nieuwe trend begonnen namelijk miniatuurschilderijtjes op ezeltjes schilderen. Het leek mij een echte blikvanger, zo’n serie kleine schilderijtjes en dan werd ‘kunst’ opeens betaalbaar. Jaren eerder had ik van mooi gelukte foto’s eens 16 x 100 postkaarten laten drukken en van mijn moeder kreeg ik een echt draaiend kaartenrek voor op de tafel.
In Poullaouen aangekomen kregen we een plek toegewezen vlak naast de ‘dorpspomp’ ofwel de bar voor de ‘Salle de Fête’ onder het stadhuis. Zo konden we de hele dag gadeslaan welke mensen er biertjes en wijntjes dronken en gesprekjes aanknoopten met onze burgemeester, die speciaal op deze dag met een sjerp om in functie was. Op een bepaald moment kwam Leendert op het idee om de burgemeester een portret aan te bieden van Gustave Flaubert door mij getekend en voor de gelegenheid geprint en ingelijst.

Nu was Gustave Flaubert in zijn tijd geïnteresseerd in de mijnen hier bij Poullaouen en hij plande een bezoek eraan. Een gids werd geregeld en Gustave nam zijn intrek in een hotel alhier om de volgende dag te worden rondgeleid in de lood en zilvermijnen van La Mine. Helaas had de gids een behoorlijke kater van het te diep en lang in glaasjes kijken op de feestavond ervoor en ging het bezoek aan de mijnen niet door.
Toch is het een geinige anekdote en daarom alleen al zou een portret van Gustave Flaubert een ereplaats moeten krijgen in de ‘Mairie’ van ons dorp. Mijn Frans is nog steeds niet op niveau en daarom durfde ik niet op de burgemeester toe te stappen en het portret aan te bieden. Leendert vond dat onzin, maar uiteindelijk heeft hij toch het woord gedaan en lieten we onze kraam voor enkele minuten alleen om ons bij de meute rond de bar te voegen.
Een aangenaam gesprekje volgde en we overhandigden de burgemeester het portret en mijn visitekaartje. Ik vertelde dat ik ook fotografeer en dat ik wel een expositie zou willen in de nieuwe ‘Salle de Fête’. Leendert vertelde de leuke anekdote van Flaubert en we werden voorgesteld aan een paar andere mensen. Ook wees de burgemeester anderen op onze stand met schilderijtjes.
Uiteindelijk hebben we die zonnige maar winderige dag afgesloten met een redelijke omzet. De partytent had het gehouden. Al hadden we de tent met doeken aan de auto vastgebonden. De schilderijtjes op ezeltjes hadden we plat moeten leggen en bij elke windvlaag moesten we het kaartenrek in bedwang houden. Het was leuk om diverse buren en bekenden te zien en te spreken en om deel te zijn van de gemeenschap door zelf met een kraam tussen de anderen te staan. Al met al een prima eerste marktdag.
